Biesbosch.nu

Magazine maart/april 2008


 

Terug naar inhoudsopgave


De vier jaargetijden van de Biesbosch
door de ogen van een Biesboschgek
 

 

Copyright HenkvandeGraaf/www.stockburo.nl

Copyright HenkvandeGraaf/www.stockburo.nl

Copyright HenkvandeGraaf/www.stockburo.nl

Copyright HenkvandeGraaf/www.stockburo.nl


Deel 1
Lentekriebels
Henk van de Graaf


Voor veel liefhebbers van De Biesbosch is het voorjaar de mooiste periode. Platgeslagen door overstromingen, regenbuien en de vorst ziet de kruidlaag tussen de bomen er nog donker en mysterieus uit. Restanten berenklauw, engelwortel en gehavende grote klis steken hun lange vingers waarschuwend boven het maaiveld uit. Zij overleefden de sloopwoede van storm en winter en laten zich niet zomaar 'vergaan'.

Flarden mist spookt tussen de grijsgroene wilgenstammen. Soms klinkt er even gekraak als ze scheef gewaaid, als een bokser tegen de touwen, in de vork van een buurman hangen. Tot op de draad versleten na jaren zwaaien.

Op de restanten van de oude griendpercelen, met de gegraven greppels nog zichtbaar in de bodem, liggen de rottende wilgenstammen. Zij gingen neer in de vliegende storm van oktober 2002. Draaiwinden wrong ze uit zoals een huisvrouw natte theedoeken waardoor ze soms meters boven de grond afbraken.
Op sommige plaatsen werd wel 60% van het wilgenbos geveld.

Berenklauw steekt zijn 'lange vinger' waarschuwend boven het maaiveld uit. Copyright HenkvandeGraaf/www.stockburo.nl

Mossen vieren er sindsdien fluwelen najaarsfeesten. Maar voor nu zijn ze uitgefeest, in vaalbruine strepen overdekken ze nog stammen en struiken, maar het seizoen is voorbij. Nog even en ze duiken onder in een zee van groene waas.

Eigenlijk begint het voorjaar bij de katjes van de boswilg. De boom laat soms in februari al zijn kleur zien. Veel te vroeg voor de lente maar er moet er één de eerste zijn. Pas als de temperatuur oploopt verft het voorjaar zijn eerste streken op het land. Getooid met bloemen in de vorm van koeienspenen kwast het speenkruid gele tinten in het wilgenbos. Even later volgt het baby-rose van de pinksterbloem; ook veel te vroeg tegenwoordig maar wie kan dat iets schelen.
Al snel volgen de smeerwortel, gele lis en fluitenkruid en als het palet eenmaal gevuld is, kan het grote 'schilderwerk' beginnen.

Spindotters. Copyright HenkvandeGraaf/www.stockburo.nl

Geen wilgenvloedbos zonder brandnetel. De licht prikkelbare opportunist zet frontaal de aanval in op de open ruimten in het bos. Als groot woekeraar smoort hij eerst alle concurrerende scheuten om vervolgens lurkend aan de stikstof- en fosfaatrijke bodem tot ongekende hoogte op te groeien; in de vruchtbare gronden van de Biesbosch groeit alles een keer zo hoog.

Ondertussen laat de spindotter menig Biesbosch hart sneller kloppen. In de donkere poelen en greppels spreidt ze als typische getijdenplant haar felgele hart voor de eerste insecten.

De bever volgt alle deze ontwikkelingen op de voet. In de winter staan er geen kruiden en is hij afhankelijk van wilgenbarst. Die bemachtigen kost moeite.
Als over een aantal weken de oevers gevuld staan met verse smeerwortel en andere kruiden stopt hij met zijn hak- en beitelwerk. Waarom al die moeite als het makkelijker kan. Alleen het bijslijpen van de snijtanden, die anders zijn kop  ingroeien, zet nog aan tot wat ‘houthakkersactiviteit’.

Temperatuur bepaald wanneer insecten vliegen maar als de oranjetip arriveert kan het lentefeest pas echt beginnen.
De vlinder laat letterlijk de verandering van het seizoen zien.
Door de herfsttekening op de onderzijde van haar vleugels en de zonnige andere zijde sluit ze de winter en opent ze de lente in het voorbijgaan.

Oranjetip. Copyright JohnvandenHeuvel/www.stockburo.nl

Als eerst fluiter arriveert de blauwborst. Na een lange tocht vanuit Noord-Afrika 'hangt' hij uitgeput in de rietstengels. Nog schor van de inspanning begint hij aan zijn tieieieieie-lied. Later in het seizoen zal hij, als groot imitator de 'papagaai’ van De Biesbosch spelen en zelfs kikkers en beltonen imiteren.

De aankomst van de andere zangvogels klinkt als het begin van een concert.
Het libretto krijg je al fietsend over de dijken als ze in kleine groepen op gelijke hoogte met je op vliegen. Golvend, blij de rivieren weer te zien, deinen ze soms honderden meters met je mee. Vooral putters schijnen dat leuk te vinden. In de griendcomplexen, diep gelegen in het gebied en alleen over water te bereiken, kun je ze, zittend op de paden, in hun broedterritorium bekijken. Onverstoorbaar vliegen ze rond je heen.

Een paar weken later zijn ze alweer veel schuwer. Alsof de paring ze verlegen heeft gemaakt en nog weer later moet je moeite doen ze boven het gezang van de vele vogels uit te herkennen. Tegen het  krieken van de dagen in april is het alsof er honderden fluitketels staan te koken. Elk op een eigen stoomladder. Het volume van al die zingende vogelsoorten verbaast elk jaar weer.

Blauwborst. MikeMelis/www.stockburo.nl

En zo bruist het voorjaar van het leven in de wilgenvloedbossen van de Biesbosch. Het is als zappen langs tv-kanalen. Eén keer knipperen en je ziet en hoort weer iets anders.

Reageer op dit artikel

Tekst Henk van de Graaf
Copyright Foto's; John van den Heuvel, Henk van de Graaf en Mike Melis.

www.stockburo.nl.

 

 

Terug naar inhoudsopgave

Niets uit deze pagina mag worden gepubliceerd zonder toestemming van de auteur(s).
Ongevraagd gebruik van andermans beeldmateriaal is strafbaar.
2008 © Biesbosch.nu